Tijd om dit project weer op te pakken, het klederdracht lijfje. Van mijn vader kon ik wat gereedschap lenen om de gaatjes te maken voor het koord. Met de kleine rode priem maak ik een gaatje en met de dikkere zwarte maak ik het gaatje groter. Op deze manier blijven de draden van het weefsel heel, en is er dus minder kans op rafelen.
Dat wordt wel netjes zo he, en de gaatjes precies even groot als op het patroon. Voor de ene kant kon ik het patroon volgen. Sommige klederdrachten hebben de andere gaatjes versprongen zitten, en dat lijkt het origineel van deze ook te hebben. Maar volgens experts zou je het koord dan op een andere manier erin moeten rijgen, waardoor je zowel aan de onderkant als aan de bovenkant een koord hebt, die je dan weg stopt. De twee versies die ik ken hebben een strik aan de onderkant, wat kennelijk vrij ongebruikelijk is. Dan zouden de gaatjes gewoon recht tegenover elkaar kunnen. Lastig kiezen... Maar ik neig naar het laatste, ook omdat de gaatjes zo netjes verdeeld op het patroon staan. Als ze moesten verspringen, dan zou het voorlaatste of het 2e gaatje een beetje dichterbij zitten...